Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Vindplaatsen:

Inhoudsindicatie:

loonvordering / finale kwijting 685

Uitspraak



RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht

Locatie Groningen

Zaak\rolnummer: 3154794 CV EXPL 14-8854

Vonnis d.d. 4 maart 2015

inzake

[eiser in conventie, verweerder in reconventie],

wonende te [adres],

eiser in conventie, verweerder in reconventie, hierna te noemen [eiser in conventie, verweerder in reconventie],

gemachtigde mr. H.B.Th. Koekkoek, jurist in dienst van CNV Vakmensen (postbus 2525, 3500 GM Utrecht),

tegen

de besloten vennootschap Rottinghuis’ Aannemingsbedrijf B.V. h.o.d.n. Reitsma Drachten,

gevestigd en kantoorhoudende aan het Hereplein 10 te 9711 GA Groningen,

gedaagde in conventie, eiseres in reconventie, hierna te noemen Reitsma Drachten,

gemachtigde mr. J. Stolk, advocaat te Amsterdam (postbus 75505, 1070 AM).

PROCESVERLOOP

Bij dagvaarding heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie], kort gezegd, gevorderd om Reitsma Drachten bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, te veroordelen om aan hem te betalen € 7.881,00 bruto ter zake van achterstallig loon, € 266,40 en € 506,97 netto ter zake van bijdragen aan het Tijdspaarfonds, € 4.327,19 ter zake van wettelijke verhoging, vermeerderd met de wettelijke rente, alsmede tot betaling van € 905,00 aan buitengerechtelijke kosten, een en ander kosten rechtens.

Bij conclusie van antwoord in conventie heeft Reitsma Drachten geconcludeerd tot afwijzing van de vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie]. Bij voorwaardelijke eis in reconventie heeft Reitsma Drachten gevorderd om [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, te veroordelen om aan haar te betalen € 95.038,69 ter zake van beveiligingskosten, € 25.000,00 ter zake van immateriële schade en € 15.705,81 aan advocaatkosten, een en ander kosten rechtens.

Bij conclusies van repliek in conventie en antwoord in reconventie, dupliek in conventie tevens repliek in reconventie en uitlating in conventie tevens dupliek in reconventie hebben partijen gepersisteerd.

Partijen hebben producties in het geding gebracht.

Vonnis is (nader) bepaald op heden.

OVERWEGINGEN

1 De feiten

1.1

In de periode 29 oktober 1985 tot 1 juni 2012 is [eiser in conventie, verweerder in reconventie] krachtens arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd als timmerman in dienst geweest van (de rechtsvoorganger van) Reitsma Drachten. Op de arbeidsovereenkomst was/is de CAO voor de Bouwnijverheid van toepassing.

1.2

Bij schrijven van 19 maart 2007 heeft de rechtsvoorganger van Reitsma Drachten onder meer het volgende aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bericht:

[eiser in conventie, verweerder in reconventie],

Afgelopen week heeft er een gesprek plaatsgevonden tussen jou en [naam]. In dit gesprek heb je aangegeven een dag minder te willen werken (80%).

De volgende afspraak is gemaakt.

De regeling zal per week 11 2007 ingaan en van kracht blijven zolang je werkzaam bent op het werk te Almere. Nadien zal worden bekeken of de werkzaamheden dit toelaten en zullen er indien nodig verdere afspraken worden gemaakt.

(…)

1.3

Bij schrijven van 11 februari 2011 heeft Reitsma Drachten het volgende aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] medegedeeld:

Beste[eiser in conventie, verweerder in reconventie],

Middels deze brief bevestig ik je datgene wat woensdag 9 februari jongstleden is afgesproken.

Tijdens ons gesprek heb je aangegeven na oplevering van het project 18 appartementen Emmen je arbeidsovereenkomst tussen jou en Reitsma Drachten te willen beëindigen.

De redenen voor je besluit zijn van persoonlijke aard.

1.4

[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft zich op 14 maart 2011 ziek gemeld. Bedrijfsarts [naam] van Arbo Unie achtte [eiser in conventie, verweerder in reconventie] (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt. Onder meer bij schrijven van 14 september 2011 heeft de bedrijfsarts het volgende aan Reitsma Drachten bericht:

Betrokkene is gedeeltelijk arbeidsongeschikt als gevolg van psychische klachten en de verwachting is dat deze bij terugkeer in het werk weer toe kunnen nemen met als gevolg een recidief/terugval.

De ontslagname begin dit jaar moet in dit licht bezien worden als een voorloper van deze klachten, die enkele weken later tot uiting kwamen.

1.5

Per 10 oktober 2011 heeft Reitsma Drachten de loonbetaling aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] stopgezet, stellende dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de arbeidsovereenkomst per die datum heeft beëindigd. Bij brief van 27 oktober 2011 heeft Reitsma Drachten het volgende aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] bericht:

Hierbij de schriftelijke uiteenzetting van de door ons gemaakte afspraken.

Het ontslag op 9 februari jongstleden is op jouw verzoek ingediend om persoonlijke reden.

Het ontslag gaat in per 10 oktober 2011.

Vanwege arbeidsongeschiktheid per 14 maart 2011, welke niet heeft geresulteerd in een herstelmelding, heeft Reitsma je aangemeld bij het UWV voor de vangnetvoorziening.

Op advies van Reitsma heb je een jurist geraadpleegd/advies gevraagd over de procedure in deze ontslagname en je hebt aangegeven Reitsma Drachten te vrijwaren van de eventuele risico’s welke voortvloeien uit deze ontslagname en dat partijen elkaar finale kwijting verlenen.

1.6

Bij brief van 9 november 2011 heeft CNV Vakmensen namens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan Reitsma Drachten laten weten dat van ontslagname zijdens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] geen sprake was. Indien er al sprake was van ontslagname kan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] daar in het licht van zijn psychotische klachten niet aan worden gehouden, aldus CNV Vakmensen.

1.7

Bij e-mail van 29 november 2011 heeft Reitsma Drachten aan de gemachtigde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voorgesteld om een deskundigenoordeel te vragen aan het UWV. In afwachting van de uitkomst schort zij de loonbetaling op.

1.8

Op 1 december 2011 heeft Reitsma Drachten een deskundigenoordeel gevraagd aan het UWV. Bij schrijven van 9 december 2011 heeft het UWV aan Reitsma Drachten laten weten dat zij het gevraagde oordeel niet kan geven aangezien [eiser in conventie, verweerder in reconventie] niet op het spreekuur was verschenen.

1.9

Als productie 32 bij conclusie van antwoord is een schriftelijke verklaring van [naam], directeur van Reitsma Drachten, in het geding gebracht. Hierin heeft[directeur] verwoord dat hijzelf, de directiesecretaresse en de telefoniste vanaf 1 december 2011 herhaaldelijk door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] (met de dood) zijn bedreigd.

1.10

Op 12 december 2011 heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] [directeur] volgens laatstgenoemde onder meer toegevoegd:

Ik ruim je op.

Zou maar zo kunnen dat ik het 20.00 uur journaal haal.

Ik weet niet wat ik doe, ik ben ontoerekeningsvatbaar.

Ik eet en drink niet meer.

Wie weet wat ik ga doen.

Ik ben een gevaar voor mezelf en mijn omgeving.

Dan stoppen ze me maar de bak in

Ik ga mezelf verhangen, maar ik ga niet alleen.

1.11

Op 15 december 2011 zou [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zich jegens [directeur] op de volgende manier hebben uitgelaten:

Wil je nog leven voor 17.00 uur. Ik maak je hartstikke dood. Ik heb ook nog 5 vrienden die je dood willen maken.

Er zijn verschillende manieren.

1.12

Begin december 2011 heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zich bij tijd en wijle bij het kantoorpand van Reitsma Drachten opgehouden.

1.13

Naar aanleiding van de telefoontjes van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en diens overige gedrag heeft Reitsma Drachten een beveiligingsbedrijf ingeschakeld. Dit bedrijf heeft in de periode 16 tot en met 20 december 2011 24 uur per dag preventieve observatie- en beveiligingswerkzaamheden uitgevoerd bij het bedrijfspand van Reitsma Drachten en de woning van [eiser in conventie, verweerder in reconventie]. In de periode 21 tot en met 23 december 2011 is het beveiligingsbedrijf van 07.00 tot 19.00 uur actief geweest.

1.14

In februari 2012 zijn partijen gaan onderhandelen om tot een definitieve minnelijke regeling te geraken. In die periode heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] meerdere keren met Reitsma Drachten en met juridische zaken van VolkerWessels gebeld. Bij een van die gelegenheden heeft hij zich laten ontvallen:

[naam] (lees [directeur], kantonrechter) kan beter aangifte doen, want zijn leven hangt aan een zijden draadje.

1.15

Vervolgens heeft Reitsma Drachten opnieuw het beveiligingsbedrijf ingeschakeld. Het beveiligingsbedrijf heeft in de periode 15 februari tot en met 22 februari 2012 24 uur per dag observatie- en beveiligingswerkzaamheden uitgevoerd. Op 23 en 24 februari 2012 zijn voornoemde werkzaamheden uitgevoerd tussen 07.00 en 19.00 uur. Op de laatste dagen is [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in de nabijheid van het pand van Reitsma Drachten gesignaleerd.

1.16

Op 8 februari 2012 heeft Reitsma Drachten aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een vaststellingsovereenkomst tegen finale kwijting aangeboden. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] vond het aanbod evenwel te mager. Aangezien de onderhandelingen niet tot resultaat leidden heeft Reitsma Drachten een (voorwaardelijk) verzoekschrift tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ingediend. Op zijn beurt heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] Reitsma Drachten in kort geding gedagvaard met een eis tot doorbetaling van loon. Partijen hebben de kantonrechter verzocht de zaken gezamenlijk te behandelen, hetgeen ook is gebeurd. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is niet ter zitting verschenen, maar had zijn raadsman gevolmachtigd om hem waar nodig te binden.

1.17

Bij beschikking van 23 mei 2012 heeft de kantonrechter te Heerenveen de arbeidsovereenkomst ontbonden. Daarbij is aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een vergoeding toegekend van € 10.000,00 bruto.

1.18

De ontbindingsbeschikking was het resultaat van een minnelijke schikking tussen partijen. In het ter zake, mede in het kader van het door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] geëntameerde kort geding, opgemaakte proces-verbaal is onder meer het volgende opgenomen:

Bouwbedrijf Reitsma (de rechtsvoorganger van Reitsma Drachten, kantonrechter) trekt haar standpunt dat de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden is beëindigd per 10 oktober 2011 in en verzoekt de arbeidsovereenkomst onvoorwaardelijk te ontbinden.

De arbeidsovereenkomst kan worden ontbonden per 1 juni 2012 op grond van een verstoorde arbeidsverhouding, onder toekenning van een vergoeding aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] van € 10.000,00 bruto.

De vakantiedagen worden geacht te zijn opgenomen.

Bouwbedrijf Reitsma zal het loon over de periode 10 oktober 2011 tot 1 juni 2012 aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voldoen.

De kort geding procedure wordt doorgehaald.

De proceskosten worden gecompenseerd.

1.19

Bij e-mail van 5 juni 2012 en bij brief van 18 juni 2012 van de gemachtigde van Reitsma Drachten aan die van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft eerstgenoemde er expliciet op gewezen dat partijen finale kwijting zijn overeengekomen. In zijn reacties van 11 juni 2012, 17 oktober 2012 en 23 januari 2013 is de gemachtigde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] daar niet op ingegaan.

1.20

Met betrekking tot de totstandkoming van de minnelijke regeling van 23 mei 2012 heeft [naam], bedrijfsjurist van VolkerWessels, de moedervennootschap van Reitsma Drachten, op 15 augustus 2014 schriftelijk onder meer het volgende verklaard:

Het is voor alle tijdens de zitting aanwezigen duidelijk geweest dat Bouwbedrijf Reitsma B.V. ongeacht de precieze inhoud van de uitkomst, een definitieve en finale regeling voor ogen stond. Ik heb daarover met de heer Koekoek in het bijzonder al op 8 februari (ruim voor de zitting) als zodanig gecommuniceerd.

1.21

Ter uitvoering van de schikking van 23 mei 2012 heeft Reitsma Drachten het achterstallige loon aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] betaald over de periode 10 oktober 2011 tot 1 juni 2012, alsmede de bijdrage aan het Tijdspaarfonds afgestort op basis van een werkweek van 32 uur.

2 Het standpunt van [eiser in conventie, verweerder in reconventie]

2.1

heeft betoogd dat hij gedurende 40 uur per week bij Reitsma Drachten in dienst was en dat hij niet dienovereenkomstig het loon over de periode 14 maart 2011 tot en met 1 juni 2012 heeft ontvangen. Bovendien heeft Reitsma Drachten onvoldoende afgedragen aan het Tijdspaarfonds. Hij meent recht te hebben op nabetaling en verwijst ter zake naar de door het CNV gemaakte specificaties.

2.2

[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft de (voorwaardelijke) vordering in reconventie bestreden, stellende dat er gelet op zijn psychische toestand niet kan worden gesproken van opzet of bewuste roekeloosheid. Daarnaast heeft hij de afzonderlijke schadeposten vanwege gebrek aan onderbouwing en proportionaliteit betwist.

3 Het standpunt van Reitsma Drachten

3.1

Zij heeft aangevoerd dat partijen elkaar in het kader van de minnelijke regeling, welke heeft geressorteerd in de ontbindingsbeschikking en de intrekking van de vorderingen in kort geding, finale kwijting hebben verleend. Voorts heeft zij gesteld dat zij overeenkomstig de afgesproken arbeidsduur van 32 uur per week aan al haar loonverplichtingen jegens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft voldaan.

3.2

Voor het geval er geen sprake is van finale kwijting staat het haar vrij om [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan te spreken op de schade (beveiligingskosten, immateriële schade en kosten van rechtsbijstand) die zij heeft geleden als gevolg van de onrechtmatige gedragingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie].

De beoordeling

4.1

Gelet op de onderlinge samenhang zal de kantonrechter de vorderingen in conventie en in (voorwaardelijke) reconventie gezamenlijk bespreken.

4.2

Naar het oordeel van de kantonrechter hebben partijen, alle omstandigheden van het geval in onderling verband en samenhang beschouwd, elkaar in het kader van de minnelijke schikking van 23 mei 2012 over en weer finale kwijting verleend. Zulks brengt mee dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in ieder geval geen aanspraken jegens Reitsma Drachten heeft met betrekking tot de periode 13 maart 2011 tot 10 oktober 2011, zijnde de begindatum van de loonvordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in kort geding. Voor zover de vordering ziet op die periode zal deze dan ook worden afgewezen.

4.3

Nu rechtens als vaststaand moet worden aangenomen dat partijen elkaar over en weer finale kwijting hebben verleend en de kantonrechter in het verlengde daarvan, behoudens hetgeen hierna in afwijking daarvan wordt overwogen, de primaire stellingen van Reitsma Drachten dienaangaande volgt, behoeft de voorwaardelijke eis in reconventie geen nadere bespreking. Deze eis is immers ingesteld voor het geval er rechtens geen sprake zou zijn van finale kwijting.

4.4

Bij voormeld oordeel met betrekking tot de finale kwijting heeft de kantonrechter in aanmerking genomen dat minnelijke regelingen als de onderhavige in zijn algemeenheid op basis van finale kwijting tot stand komen, zeker als er sprake is van een gezamenlijke behandeling van een verzoek tot ontbinding en een loonvordering in kort geding en partijen het erover eens zijn dat hun wegen moeten scheiden .

4.5

In het onderhavige geval ligt een dergelijke finale kwijting eens te meer voor de hand, aangezien het nauwelijks betoog behoeft dat partijen hebben beoogd om de arbeidsrechtelijke banden definitief door te knippen. Enerzijds omdat zulks het genezingsproces van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ten goede zou komen – de bedrijfsarts achtte verdere (werk)contacten tussen [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en Reitsma Drachten belemmerend voor diens genezing - anderzijds omdat Reitsma Drachten zich in de toekomst gevrijwaard wilde zien van de bepaald heftige bedreigingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en alle contacten met hem probeerde te vermijden.

4.6

Het hiervoor geschetste beeld krijgt meer kleur door de onder de feiten genoemde verklaring van bedrijfsjurist [naam] die bij de onderhandelingen aanwezig is geweest, alsmede door de wijze waarop partijen in de aanloop naar de behandeling van het verzoekschrift tot ontbinding en de dagvaarding in kort geding hebben onderhandeld om tot een oplossing te komen. Daarin heeft, in ieder geval van de kant van Reitsma Drachten, steeds centraal gestaan dat alleen tegen finale kwijting zaken zouden worden gedaan. De kantonrechter verwijst in dit verband naar de brief d.d. 8 februari 2012 van [naam] aan de gemachtigde van Koekoek, waarbij een vaststellingsovereenkomst werd aangeboden.

4.7

Verder heeft de kantonrechter rekening gehouden met de correspondentie die na de zitting van 23 mei 2012 tussen de raadslieden heeft plaatsgevonden. Onder meer bij berichten van 5 juni 2012 en 18 juni 2012 heeft de raadsvrouw van Reitsma Drachten beklemtoond dat partijen elkaar over en weer finale kwijting hadden verleend. In diens reactie daarop heeft de raadsman van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zulks niet weersproken.

4.8

Anders dan Reitsma Drachten heeft doen betogen leidt bedoelde finale kwijting evenwel niet zonder meer tot de gevolgtrekking dat ook de gepretendeerde aanspraken van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] over de periode 10 oktober 2011 tot 1 juni 2011 daarop dienen af te stuiten. Dat zou alleen het geval zijn als rechtens vast zou staan dat partijen hebben afgesproken dat op basis van een 32-urige werkweek zou worden afgerekend. In dat geval kan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] Reitsma Drachten uiteraard niet meer met succes in rechte betrekken, waar zij daadwerkelijk overeenkomstig die sleutel heeft uitgekeerd.

4.9

De kantonrechter constateert echter dat partijen het niet eens zijn over de wijze waarop zou worden afgerekend. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft betoogd dat een en ander diende te geschieden op basis van een 40-urige werkweek, terwijl Reitsma Drachten het houdt op een 32-urige werkweek. Daaromtrent wordt nader het volgende overwogen.

4.10

Om te beginnen mag opvallend heten dat Reitsma Drachten bij conclusie van antwoord in conventie heeft aangevoerd dat zij meent te weten dat partijen dienaangaande afspraken hebben gemaakt en dat mede uit de omstandigheden van het geval ook kan worden afgeleid dat partijen zijn uitgegaan van een 32-urige werkweek, stellende dat zij er, bij gebreke van een tegengeluid van de gemachtigde van [eiser in conventie, verweerder in reconventie], op mocht vertrouwen dat zij kon volstaan met hervatting van de loonbetaling op de oude voet. Bij conclusie van dupliek in conventie is Reitsma Drachten plotseling aanmerkelijk stelliger door te poneren dat partijen ter zitting hebben afgesproken dat op basis van een 32-urige werkweek zou worden afgerekend.

4.11

De kantonrechter zal Reitsma Drachten niet volgen in haar redenering. Enerzijds kan, zonder nadere toelichting, welke toelichting ontbreekt, uit de omstandigheden van het geval niet worden afgeleid dat het loon dat feitelijk was betaald voorafgaand aan 10 oktober 2011 leidend zou zijn. Bovendien heeft Reitsma Drachten haar stelling met betrekking tot de gepretendeerde afspraak niet onderbouwd. Anderzijds kan met kracht van argument worden betoogd dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voor ogen stond dat het loon, berekend op basis van een 40-urige werkweek, bepalend zou zijn, aangezien de als resultaat van de onderhandelingen ingetrokken loonvordering in kort geding daarop was gebaseerd.

4.12

In het licht van hetgeen hiervoor is overwogen, behoeft thans derhalve antwoord de vraag welke de inhoud van de arbeidsovereenkomst was als het gaat om de arbeidsduur. Bij de beantwoording van die vraag kent de kantonrechter beslissende betekenis toe aan de feiten.

4.13

De feiten leren dat onder meer onweersproken is gebleven dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie], getuige de grote hoeveelheid overgelegde loonspecificaties, gedurende het leeuwendeel van 2010 de facto 32 uur per week heeft gewerkt en dat Reitsma Drachten hem, zonder protest zijnerzijds, dienovereenkomstig heeft uitbetaald en dat zulks in de weken 5 en 8 van 2011 ook het geval is geweest. Voorts is gesteld noch gebleken dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] sedert de in 2007 gemaakte afspraak over zijn arbeidsduur - 32 uur in plaats van 40 uur - na voltooiing van de in dat verband bedoelde project wederom structureel 40 uur is gaan werken. Aldus moet het ervoor worden gehouden dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] een 32-urige werkweek had. Nu Reitsma Drachten op basis daarvan heeft afgerekend, zal de vordering van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] over de periode 10 oktober 2011 tot 1 juni 2012 eveneens moeten worden afgewezen.

4.14

Gelet op de aard van de zaak en de (gecompliceerde) geschiedenis van partijen acht de kantonrechter, teneinde de rust te dienen, termen aanwezig de proceskosten te compenseren.

BESLISSING

De kantonrechter:

In conventie

wijst af de vorderingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie];

compenseert de proceskosten in die zin dat iedere partij de eigen kosten heeft te dragen.

In (voorwaardelijke) reconventie

verstaat dat de vordering geen nadere bespreking en beslissing behoeft nu de voorwaarde niet is ingetreden.

Dit vonnis is gewezen door mr. A. Fokkema, kantonrechter, en op 4 maart 2015 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.

typ: af


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Gerelateerde advocatenkantoren

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature